De Voorwaarden en Pilaren van het Islamitisch Huwelijk (Nikāḥ)
(a) Voorwaarden van het huwelijk
1. Specifieke aanduiding van beide echtgenoten: Het is niet geldig om een huwelijkscontract af te sluiten zonder de echtgenote specifiek te benoemen, zoals bijvoorbeeld te zeggen: “Ik geef je mijn dochter ten huwelijk” als hij meer dan één dochter heeft, of te zeggen: “Ik geef haar ten huwelijk aan jouw zoon” als hij meerdere zonen heeft. Het moet specifiek worden benoemd met de naam, zoals Fātimah en Moḥammed, of met een beschrijving zoals de oudste of de jongste.
2. Toestemming van beide echtgenoten: Het is niet geldig om een gedwongen huwelijk te sluiten; volgens de overlevering van Aboe Hoerayrah (moge Allāh tevreden met hem zijn) dat de Boodschapper van Allāh (ﷺ) heeft gezegd: «Een vrouw zonder echtgenoot (of gescheiden of weduwe) mag niet worden uitgehuwelijkt zonder dat zij eerst wordt geraadpleegd, en een maagd mag niet worden uitgehuwelijkt zonder dat haar toestemming wordt gevraagd.»
3. Wilāyah in het huwelijk: Het huwelijk mag alleen worden gesloten door haar Walī (wettelijke vertegenwoordiger voor het huwelijk); wegens de woorden van de Profeet (ﷺ): «Er is geen huwelijk zonder Walī.» De Walī moet een man zijn, volwassen, verstandig, vrij, en ‘adl (eerlijk, rechtvaardig), ook al is dat slechts uiterlijk.
4. Getuigen bij het huwelijkscontract: Het is niet geldig zonder twee rechtvaardige moslimgetuigen die volwassen en rechtvaardig zijn, ook al is dat slechts uiterlijk. Wegens de woorden van de Profeet (ﷺ): «Er is geen huwelijk zonder Walī en twee rechtvaardige getuigen, en alles wat daarbuiten valt is ongeldig.» At-Tirmidhī zei: “Hierover zijn de geleerden het eens, zowel de metgezellen van de Profeet (ﷺ) als degenen die na hen kwamen van de volgers (van de metgezellen) en anderen. Ze zeiden: ‘Er is geen huwelijk zonder getuigen..‘” De vereiste van getuigen in het huwelijk is een voorzorgsmaatregel ter bescherming van de afstamming, uit vrees voor ontkenning.
5. Het ontbreken van belemmeringen voor het huwelijk bij beide echtgenoten, zoals bloedverwantschap of andere redenen zoals verwantschap door borstvoeding, verwantschap door huwelijk (d.w.z. aanverwantschap) of verschil in religie, en dergelijke redenen; bijvoorbeeld als een van hen in staat van iḥrām is tijdens de Ḥadj of ‘Omrah.
(b) Pilaren van het huwelijk
De pilaren van het huwelijk waarop het gebaseerd is en die het bestaan ervan bepalen, zijn:
1. De twee contractanten: Dit zijn de echtgenoot en echtgenote, die vrij moeten zijn van huwelijksbelemmeringen die eerder zijn genoemd..
2. De huwelijksaanbieding (īdjāb): Dit is de uitspraak van de Walī of degene die namens hem handelt (een vertegenwoordiger [Wakīl]), met woorden waarmee hij ten huwelijk geeft.
3. De aanvaarding (qaboel): Dit is de uitspraak van de echtgenoot of degene die namens hem handelt, met de woorden: “Ik aanvaard”, of: “Ik stem in met dit huwelijk“.
De huwelijksaanbieding moet steeds voorafgaan aan de aanvaarding.
Bron: “al-Fiqh al-Moeyassar fī Ḍaw’i-l-Kitāb was-Soennah”, pg. 295 (de referenties van alle genoemde ḥadīths vind je ook hier terug)
Vertaling: moskee el albani
In dit artikel vind je een opsomming van de personen waarmee het verboden is voor een vrouw om te trouwen wegens bloedverwantschap en aanverwantschap.
Zie ook:
Hoe verloopt het Islamitisch Huwelijkscontract (‘Aqd an-Nikāḥ) | Shaykh ibn Bāz
Speel geen spelletjes met Wilāyah (het recht om de Walī voor een huwelijk te zijn)