Geleerden door wie Allāh in hun tijdperk de religie en de Soennah heeft bewaard — Shaykh ‘Abdoellāh adh-Dhafīrī

Alle lof zij Allāh, de Heer van alle schepsels, en vrede en zegeningen zij met de Boodschapper van Allāh, en met zijn familie en al zijn metgezellen. Voorts:
Voorwaar, Allāh ﷻ heeft, uit barmhartigheid voor Zijn dienaren, Zelf de bewaring van Zijn religie op Zich genomen. Zoals Hij de profeten als schakel tussen Hem en Zijn schepping heeft aangesteld, zo heeft Hij de geleerden als erfgenamen van de profeten gemaakt – de schakel tussen de mensen en de boodschappers.
Zo waren de geleerden de lichtbakens van hun tijd. Allāh hernieuwt door hen de religie en bewaart door hen de godsdienst en de geloofsleer (‘aqīdah). Zij zijn de mensen van de Soennah en de overleveringen (ḥadīth).
Ik zal, bij wijze van samenvatting en voorbeeld, enkele van deze Imāms noemen. Moge Allāh ons met hen verenigen, samen met de profeten, de oprechten, de martelaren en de rechtschapenen—en wat een voortreffelijk gezelschap is dat:
-
Aboe Bakr aṣ–Ṣiddīq (moge Allāh tevreden over hem zijn)
Allāh heeft door hem de religie bewaard tegen de beproeving (fitnah) van de afvalligen (moertaddoen). -
‘Omar ibn al-Khaṭṭāb (moge Allāh tevreden over hem zijn)
Allāh schonk door hem de overwinning aan de moslims op de Perzische vuuraanbidders (madjoes). -
‘Oethmān ibn ‘Affān (moge Allāh tevreden over hem zijn)
Allāh heeft door hem de oemmah behoed voor onenigheid over de Koran, en Hij verenigde door hem de mensen op één moṣḥaf. -
‘Alī ibn Abī Ṭālib (moge Allāh tevreden over hem zijn)
Hij maakte een einde aan de beproeving (fitnah) van de Khawāridj. -
‘Abdoellāh ibn ‘Omar (moge Allāh tevreden over hem zijn)
Hij ontmaskerde de fitnah van de Qadariyyah en Allāh redde door hem de moslims in Basra en Irak van hun fitnah. -
Al-Imām Aḥmed ibn Ḥanbal (moge Allāh hem genadig zijn)
Allāh weerde door hem de fitnah van de Djahmiyyah en degenen die beweerden dat de Koran geschapen was. -
Shaykh al-Islām Aḥmed ibn ‘Abd al-Ḥalīm Ibn Taymiyyah (moge Allāh hem genadig zijn)
Allāh beschermde door hem de oemmah tegen de fitnah van de verderfzaaiende rationalistenen (al-‘aqlāniyyoen), Ahl al-Kalām (mensen van theologische retoriek), de Soefi’s en de Rāfiḍah. -
Shaykh al-Islām Moḥammed ibn ‘Abd al-Wahhāb (moge Allāh hem genadig zijn)
Allāh maakte door hem een einde aan de mensen van Shirk (afgoderij) en de aanbidders van bomen, stenen en graven. Door hem verspreidde Allāh de weg van de geredde groepering (al-firqah an-nādjiyah) in deze tijd. Ook stichtte hij een salafistische staat. -
De tweede hernieuwer (moedjaddid), de Imām, Shaykh al-Islām ‘Abd ar-Raḥmān ibn Ḥasan ibn Moḥammed ibn ‘Abd al-Wahhāb (moge Allāh hem genadig zijn)
Hij steunde Imām Turkī bij het heroprichten van de tweede salafistische Saoedische staat. Moge Allāh hen beiden genadig zijn. -
Al-Imām Moḥammed ibn Ibrāhīm ibn ‘Abd al-Laṭīf ibn ‘Abd ar-Raḥmān ibn Ḥasan (moge Allāh hem genadig zijn)
Hij was de moeftī van het koninkrijk (Saoedi-Arabië), een bestrijder van innovaties en een steunpilaar van de derde Saoedische staat. Hij trad op tegen beproevingen (fitan) en conflicten. -
Al-Imām ‘Abd al-‘Azīz ibn ‘Abdillāh ibn Bāz (moge Allāh hem genadig zijn)
Hij was de moeftī van het Koninkrijk Saoedi-Arabië en voorzitter van de Raad van Grote Geleerden. Allāh beschermde, door zijn aanwezigheid, het land van Tawḥīd en Soennah tegen zware beproevingen (fitan). Ook stond hij de salafī predikers/uitnodigers (doe‘āt) wereldwijd bij. -
Al-Imām al-Moeḥaddith Moḥammed Nāṣir ad-Dīn al-Albānī (moge Allāh hem genadig zijn)
Allah beschikte hem voor het hernieuwen van de kennis van ḥadīth en Soennah en voor het ondersteunen van de methodiek van de Salaf. En hij bestreed taqlīd (het blindvolgen). -
Al-Imām al-Faqīh al-Oṣoelī, onze Shaykh Moḥammed ibn Ṣāliḥ al-‘Oethaymīn (moge Allāh hem genadig zijn)
Hij hernieuwde voor de oemmah de kennis van de juiste fiqh, verwierp taqlīd (het blindvolgen) en vereenvoudigde de kennis van al-‘aqīdah en de wetenschappen van Ibn Taymiyyah. -
Onze nobele, moedige Shaykh en Moeḥaddith Rabī’ ibn Hādī al-Madkhalī (moge Allāh hem behouden)
Hij weerstond veel hedendaagse beproevingen (fitan) en groeperingen, in het bijzonder de Moslimbroederschap (al-Ikhwān al-Moeslimoen) en het gedachtegoed van Sayyid Qoṭb. Allāh bluste door hem veel van de fitan die veroorzaakt werden door sommige predikers (doe‘āt) en door mensen die zichzelf toeschrijven aan de da‘wah en het onderwijzen. Ook beschermde Allāh, door hem, veel praktiserende jongeren tegen de fitan en het extremisme (ghoeloeww) van bepaalde personen. -
Onze Shaykh, de grote geleerde, de moedige strijder (moedjāhid), Moḥammed Amān ‘Alī al-Djāmī (moge Allāh hem genadig zijn)
Allāh onthulde door hem de fitnah van sommige predikers van de Soroeriyyah. Ook beschermde Allāh, door hem, veel jongeren tegen de fitnah van enkele bekende predikers.
En alle lof zij Allāh, de Heer van alle schepsels.
Dit bevestigt wat de Profeet (ﷺ) heeft bericht in zijn uitspraak:
لَا تَزَالُ طَائِفَةٌ مِنْ أُمَّتِي قَائِمَةً بِأَمْرِ اللَّهِ لَا يَضُرُّهُمْ مَنْ خَذَلَهُمْ أَوْ خَالَفَهُمْ حَتَّى يَأْتِيَ أَمْرُ اللَّهِ وَهُمْ ظَاهِرُونَ عَلَى النَّاسِ
“Er zal altijd een groep uit mijn gemeenschap blijven die standvastig is op de zaak van Allāh. Zij zullen niet worden geschaad door wie hen in de steek laat of door wie hen tegenwerkt, totdat het bevel van Allāh komt terwijl zij zegevierend zijn over de mensen.”
En moge Allāh vrede en zegeningen schenken aan onze Profeet Moḥammed, en aan zijn familie en al zijn metgezellen.
Geschreven door: Aboe ‘Abd ar-Raḥmān ‘Abdoellāh ibn Ṣilfīq ibn Ghallāb al-Qāsimī adh-Dhafīrī, in de nacht van woensdag, 20 Sha’bān 1446.
Bron: https://www.aldafiri.com/ulama1446din/
Vertaling: moskee el albani
Zie ook:
Wie zijn de grote geleerden van deze tijd? En wie is Shaykh Rabī‘ al-Madkhalī?