Situaties waarin de reiziger zijn gebed NIET mag inkorten (al-Fiqh al-Moeyassar)
[De situaties waarin de reiziger het gebed compleet (niet-ingekort) moet bidden]
Er zijn gevallen en situaties waarin een uitzondering wordt gemaakt op de toestemming om het gebed in te korten tijdens de reis, waaronder:
1 – Als de reiziger achter een ingezetene (d.w.z. niet-reiziger) bidt: dan is hij verplicht het gebed volledig te verrichten, vanwege de uitspraak van de Profeet (ﷺ): “De imām is aangesteld om gevolgd te worden”, en vanwege de uitspraak van Ibn ‘Abbās, moge Allāh tevreden met hem zijn, toen hij gevraagd werd over het volledig verrichten van het gebed achter een ingezetene: “Dat is de Soennah van Aboel-Qāsim (de Profeet) ﷺ “.
2 – Als de reiziger bidt achter iemand waarvan hij twijfelt of hij een reiziger of een ingezetene is: Als hij het gebed begint achter een imām en hij weet niet of de imam een reiziger of een ingezetene is – bijvoorbeeld in een luchthaven of iets dergelijks – dan is hij verplicht het gebed volledig te verrichten; omdat het inkorten van het gebed een vastbesloten intentie vereist. Bij twijfel moet men dus het gebed volledig verrichten.
3 – Als de reiziger zich tijdens de reis herinnert dat hij nog een gebed moet verrichten van de tijd dat hij nog niet op reis was: Bijvoorbeeld, een man is op reis en herinnert zich plots tijdens zijn reis dat hij het Dhohr-gebed in zijn thuisstad zonder wodoe had verricht, of dat hij een gebed heeft gemist van de tijd dat hij nog een ingezetene was. In dit geval is hij verplicht dit gebed volledig (d.w.z. niet-ingekort) te verrichten, vanwege de uitspraak van de Profeet (ﷺ): “Wie zich voor het gebed verslaapt of een gebed is vergeten, dan dient hij dit gebed te verrichten wanneer hij het zich herinnert”. Dit betekent: hij bidt het zoals het is; en omdat het toen verplicht was voor hem om dit gebed compleet (niet-ingekort) te bidden, moet hij het nu ook compleet bidden bij het inhalen ervan.
4 – Als de reiziger een verplicht gebed begint dat hij compleet moet bidden, maar dit gebed wordt ongeldig waardoor hij het moet herhalen: Bijvoorbeeld, als een reiziger bidt achter een ingezetene, dan is hij verplicht het gebed compleet (niet-ingekort) te bidden. Als dit gebed vervolgens ongeldig wordt (doordat hij bv. zijn wodoe verbreekt), en hij het opnieuw wil bidden, is hij verplicht dit gebed compleet te bidden bij het herhalen ervan, omdat het een herhaling is van een gebed dat compleet moest worden verricht.
5 – Als de reiziger de intentie heeft om zich definitief te vestigen of permanent te verblijven: Als de reiziger de intentie heeft om zich definitief te vestigen in de stad waar hij naartoe is gereisd, zonder dit te verbinden aan een bepaalde tijd of taak, of als hij de intentie heeft om deze stad als zijn thuis te beschouwen, dan is hij verplicht het gebed compleet te bidden; omdat het oordeel van de reis voor hem is komen te vervallen. Als hij zijn verblijf echter beperkt tot een bepaalde tijd of taak die afloopt, dan blijft hij een reiziger en mag hij het gebed blijven inkorten.
Bron: al-Fiqh al-Moeyassar, pg 90 en verder
Vertaling: moskee el albani
Opmerking vertaler: Stel dat de reiziger laat toekomt waardoor hij een deel van het gebed mist achter een imām (die geen reiziger is), dan zijn er twee situaties:
1 – Hij heeft minstens één rak‘ah met de imām gehaald: dan bidt hij het gebed compleet (niet-ingekort). Dus als hij bv één rak‘ah van het Dhohr gebed haalt met de imam, gaat hij na de Taslīm van de imām rechtstaan en nog drie rak‘ahs bidden.
2- Hij heeft geen enkele rak‘ah gehaald met de imām: dan mag hij het gebed ingekort bidden. Dus als hij bv. binnenkomt in de laatste tashahhoed van de imām (bij het Dhohr gebed), dan staat hij na de Taslīm van de imām recht en bidt hij nog twee rak‘ahs. Bron