Ustādh Mūsā ibn John Richardson: Wanneer men de rijen opstelt voor het gebed, is het verbreden van de houding om de voeten in de rij te verbinden, terwijl de schouders gescheiden blijven, een bid‘ah (verwerpelijke religieuze innovatie). Dit bereikt simpelweg niet het doel van het volgen van de metgezellen, noch vult het enige openingen (in de rij) op.
Vraag: Wat moet men doen als men zich in deze situatie bevindt waarin beiden naast hem te ver weg staan en, zoals sommigen doen, het gat (in de rij) niet dichten als hij zijn schouder met één van hen zou verbinden?
Ustādh Mūsā: Je vult simpelweg de opening in de richting van de imām. In zo’n geval heb je de rij op de juiste manier verbonden. Het is de plicht van degenen aan jouw andere kant om hetzelfde te doen. Zij zijn verantwoordelijk voor hun verplichting; jij bent verantwoordelijk voor de jouwe.

Vraag: Wat moet men doen wanneer men bidt naast mensen die het verbinden van de voeten als aanstootgevend beschouwen en, wanneer men probeert de opening te dichten, de ander zijn voet terugtrekt en later publiekelijk klaagt?
Ustādh Mūsā: Als die publieke klacht ertoe leidt dat een geleerde imām of leraar het onderwerp uitlegt en de mensen onderwijst, dan is daar veel goeds in, dus wees geduldig. Maar als die klacht leidt tot grotere schade voor de gemeenschap, wees dan wijs en implementeer zoveel als mogelijk zonder schade te veroorzaken. De Profeet (ﷺ) herbouwde de Ka‘bah niet en executeerde de hypocrieten niet, rekening houdend met hoe dat door de mensen zou worden opgevat. Het voorkomen van schade krijgt voorrang.
Bron: twitter/X
Vertaling naar NL: moskee el albani
Zie ook:
Het ordenen & rechtmaken van de gebedsrijen: schouders tegen schouders en enkels tegen enkels