Voorbeelden van ash-Shirk al-Aṣghar (de kleinere vorm van Shirk) — Shaykh al-Fawzān
Shaykh Ṣāliḥ al-Fawzān:
Men mag Shirk (afgoderij, polytheisme, het toekennen van deelgenoten aan Allāh) niet onderschatten door te zeggen: “Dit is slechts een kleinere vorm van Shirk.” Wat zijn voorbeelden van ash-Shirk al-Aṣghar (de kleinere vorm van Shirk)? Bijvoorbeeld het zweren bij iets of iemand anders dan Allāh. Zoals het zweren bij de Profeet ﷺ, het zweren bij die-en-die persoon of het zweren bij “al-Amānah”. De Profeet ﷺ zei: “Degene die zweert bij iets of iemand anders dan Allāh, heeft ongeloof of Shirk gepleegd.” En hij ﷺ zei ook: “Zweer niet bij jullie vaders. Degene die wilt zweren, laat hem zweren bij Allāh of [anders] stil zijn.” Het is dus niet toegestaan om te zweren bij iets of iemand anders dan Allāh ﷻ. En dit is iets wat vloeit op de tong van veel mensen, door gewoontes en tradities die ze hebben. Het is dus verplicht om hiervan berouw te tonen, en om ervoor op te passen dat men niet zweert behalve bij Allāh ﷻ. “Degene die wilt zweren, laat hem zweren bij Allāh of [anders] stil zijn.”
Wat ook een kleinere vorm van Shirk is, is het hebben van een kleine hoeveelheid Riyā’ (pronken of goede daden doen om gezien/geprezen te worden). Zoals bijvoorbeeld een persoon die bidt terwijl hij ervan houdt dat de mensen hem hiervoor prijzen. Of iemand die ṣadaqah geeft en ervan houdt dat mensen hem prijzen en complimenteren hiervoor. Hij verricht goede daden terwijl hij ervan houdt dat de mensen hem prijzen daarvoor. Dit is Riyā’. Dit is iets wat de daad, waarin het plaatsvond, tenietdoet en ongeldig maakt. Indien hij een goede daad verricht waarin zich Riyā’ bevindt, dan wordt die daad ongeldig en krijgt hij geen beloning ervoor. Echter maakt dit zijn andere goede daden (die zuiver voor Allāh waren) niet ongeldig, zoals gebeurt bij de grote vorm van Shirk (ash-Shirk al-Akbar). Echter maakt dit (d.w.z. Riyā’) slechts de daad ongeldig waarin het plaatsgevonden heeft. Dus degene die goede daden verricht om gezien (en geprezen) te worden (door de mensen), deze persoon heeft deelgenoten toegekend aan Allāh ﷻ in die daad, maar het is een kleinere vorm van Shirk. Het maakt zijn daad ongeldig en hij krijgt er geen beloning voor. En indien dit (d.w.z. Riyā’) veel voorkomt en een gewoonte wordt bij hem in al zijn daden, dan wordt het een grote vorm van Shirk, net zoals de Riyā’ van de hypocrieten (moenāfiqīn). De hypocrieten zullen in de laagste diepte van het Hellevuur zijn omdat zij goede daden verrichten enkel en alleen om gezien (en geprezen) te worden door de mensen. Al hun daden zijn Riyā’! Zij verrichten hun daden niet omwille van het Aangezicht van Allāh, maar zij willen slechts dat de mensen hen prijzen ervoor en zij willen zich verbergen achter de Islām terwijl hun harten ongelovig zijn. Dit is de grote vorm van Nifāq (hypocrisie) en dit is de grote vorm van Riyā’.
{Waarlijk, de hypocrieten proberen Allāh te misleiden en Hij vergeldt hun (misleiding). En wanneer zij opstaan voor het gebed, staan zij er lui bij, om door de mensen gezien te worden. En zij gedenken Allāh maar weinig.} [4:142]
Riyā’ bestaat dus uit twee categoriëen. De eerste categorie is een grote vorm van Shirk, en dat is de Riyā’ van de hypocrieten. Dat zijn degenen die niets van geloof in hun harten hebben. De tweede categorie is de Riyā’ van de gelovigen. Dit zijn degenen die geloof (īmān) en Tawḥīd in hun harten hebben, maar de duivel maakt schoonschijnend voor hen de liefde voor prijzing en de liefde voor as-soemʿah (het gehoord willen worden, bv. bij het reciteren v/d Qor-ān). Dit doet hen niet uit de religie treden, maar het neemt hun beloning weg van de daden waarin zich Riyā’ heeft voorgedaan. Men dient dus bang te zijn hiervoor! Daarom zei de Profeet ﷺ tegen zijn metgezellen: “Hetgeen ik het meeste vrees voor jullie is de kleinere vorm van Shirk.” Vervolgens werd hij gevraagd wat dat is, en zei hij: “Riyā’.” Een persoon gaat het gebed verrichten, en maakt vervolgens zijn gebed mooi omdat hij iemand ziet kijken naar hem. Hij gaat bidden, en bidt op een mooie en goede manier omdat een man kijkt naar hem. Dit heeft de Boodschapper ﷺ gevreesd voor zijn metgezellen, dus hoe zit het dan met mensen naast hen (zoals ons)?! Het is dus erg gevaarlijk! Men mag hier niet makkelijk mee omgaan en het onderschatten!
Wat ook behoort tot de kleinere vormen van Shirk, is Shirk die plaatsvindt in uitspraken. Zoals bijvoorbeeld iemand die zegt: “Ware het niet voor Allāh en jou, dan was dit of dat niet gebeurd…” Dit is niet toegestaan. Dit is Shirk in uitspraak. En indien hij dit gelooft met zijn hart, dan wordt het zelfs een grote vorm van Shirk! Maar als hij dit niet bedoelde, en het vloeide slechts op zijn tong (uit gewoonte), dan is het een kleinere vorm van Shirk. En wat verplicht is, is dat hij [in plaats daarvan] zegt: “Ware het niet voor Allāh en daarna voor jou…” “Wat Allāh wilt, en daarna jij wilt.” Omdat een man zei tegen de Profeet ﷺ: “Wat Allāh wilt en jij wilt.” Hij (de Profeet) zei hierop: “Heb je mij tot een deelgenoot van Allāh gemaakt?! Zeg: ‘Wat Allāh Alléén wilt.'”
Het is dus niet toegestaan dat je de Schepper en de schepping verenigt en samenvoegt, in gelijk welke zaak, d.m.v. het woordje “en” (و), door bv. te zeggen: “Wat Allāh wilt en jij wilt.” Of: “Ware het niet voor Allāh en jou…” Echter moet je het woordje “daarna “ (ثم) gebruiken: “Wat Allāh wilt, en daarna wat jij wilt.” Of: “Ware het niet voor Allāh, en daarna voor jou…” Omdat dit woord “daarna” (ثم) gebruikt wordt voor het aangeven van volgorde en opeenvolging. Wat betreft het woordje “en” (و), dit wordt gebruikt om zaken onbeperkt samen te voegen & te verenigen, en het geeft geen volgorde of opeenvolging aan. Daarom mag je hier het woordje “en” (و) niet gebruiken. En dit is waarmee ‘Abdoellāh ibn ‘Abbās de Uitspraak van Allāh ﷻ heeft uitgelegd: {Ken daarom geen deelgenoten toe aan Allah terwijl jullie (het) weten.} [2:22] Hij (ibn ʿAbbās) zei dat dit verwijst naar iemand die zegt: “Ware het niet voor Allāh en voor jou…” “Ware het niet voor de honden, dan waren de dieven bij ons gekomen.” “Ware het niet voor de eend in het huis, dan waren de dieven bij ons gekomen.” Het toeschrijven van zaken aan iemand anders dan Allāh, dit is een kleinere vorm van Shirk. Wat verplicht is, is dat je hiervoor oppast.